Soms lijkt het makkelijk, nieuwe schoenen komen. Totdat je jezelf erin verdiept en merkt dat er heel veel verschillende opties zijn. Er zijn belangrijkere dingen dan de kleur waar je op moet letten. In dit artikel leggen wij uit wat een “American Football schoen” een geschikt maakt voor onze sport.

Noppen
Het grootste verschil tussen een American Football schoen en een andere schoen aan de onderkant. Het zijn de noppen van de schoenen die het verschil maken en waar je het eerst naar moet kijken. Echte American Football schoenen hebben namelijk een extra nop aan de voorkant van de schoen. Spelers bewegen veel meer op de bal van hun voet dan bij andere sporten en hebben daarom hier extra grip nodig. Deze extra nop zorgt hiervoor.
Naast het aantal noppen is ook het materiaal van de noppen belangrijk. Noppen van metaal, of met metaal erin, zijn niet toegestaan! Wanneer je per ongeluk bovenop iemand staat is de kans op een blessure voor de andere namelijk groter dan met rubberen noppen. In afschroefbare noppen zit altijd een kern van metaal (het schroefdraad). Daarom zijn afschroefbare noppen ook niet toegestaan. Ook niet wanneer hier een plastic buitenkant omheen zit. Deze plastic buitenkant zal slijten waardoor de ijzeren kern toch naar buiten komt.
Als laatste kijk je naar de lengte van de noppen. De vuistregel hierin is: “hoe zachter de ondergrond, hoe langer je noppen moeten zijn.” Bij een nat veld met veel modder zal je langere noppen nodig hebben om grip te houden. Is het veld droog heb je juist korte noppen nodig. Heb je te lange noppen op harde ondergrond? Dan loop je “op stokjes” en heb je alleen op die kleine puntjes grip in plaats van met je hele voet. Je hele zool moet altijd contact kunnen maken met het gras. Om te spelen op kunstgras vergt eigenlijk een apart soort schoen. Deze hebben vele kleine nopjes die maximale grip leveren.
In een ideale wereld beschikken je spelers over 3 paar schoenen:
- 1 paar met korte noppen voor droge natuurgrasvelden
- 1 paar met lange noppen voor natte natuurgrasvelden
- 1 paar met kunstgrasnoppen voor op kunstgras
In de praktijk zullen weinig spelers 3 paar schoenen hebben. Vaak kiezen zij voor 1 paar schoenen met medium lange noppen. Hierdoor lopen zij op kunstgras en droog natuurgras niet op kleine puntjes en hebben zij op natte natuurgrasvelden nog steeds redelijk veel grip.
De meeste linemen kiezen ervoor om net wat langere noppen te nemen. Hiermee kunnen zij zich wat beter “verankeren” in het gras. Let er wel op dat dit alleen werkt op natuurgrasvelden waar hun noppen voldoende kunnen wegzakken in het gras. Op kunstgrasvelden zullen deze hogere noppen juist een tegenovergesteld effect hebben.
Opbouw
Het belangrijkste aan de opbouw van de schoen, dat wat om je voet heen zit, is de hoogte van de schacht.
- Lage schacht: deze schoenen bieden weinig ondersteuning aan de enkels maar maximale mobiliteit. Hierdoor is deze zeer geschikt voor receivers, backs en andere posities waarbij snelheid van belang is. Bij Flag Football zie je bijna alleen maar schoenen met een lage schacht.
- Middelhoge schacht: deze schoenen bieden een middenweg tussen de snelheid van een lage schacht en de ondersteuning van een hoge schacht. Deze zijn hiermee vooral geschikt voor onder andere linebackers, full backs en defensive ends.
- Hoge schacht: deze schoenen bieden extra ondersteuning rondom de enkels wat prettig kan zijn bij grote krachten en meer massa. Hiervoor moet je wel wat inleveren op mobiliteit en snelheid waar voor linemen meestal geen probleem is.
Soms kiezen spelers met zwakke enkels of met een enkelblessure voor een schoen met een hogere opbouw. Alhoewel dit op de korte termijn zal helpen, schiet je er op de lange termijn weinig mee op. Een schoen met een hogere opbouw is meer “symptoombestrijding” dan dat het de oorzaak van je probleem aanpakt. Laat de speler contact opnemen met hun fysiotherapeut om hun van hun enkelproblemen af te helpen.

Pasvorm
Een goede pasvorm helpt blessures voorkomen, zorgt voor comfort en verbetert de prestaties op het veld. Hieronder leggen we stap voor stap uit waar je op moet letten, inclusief praktische voorbeelden:
- Zorg voor voldoende ruimte voor je tenen: Aan de voorkant van de schoen moet ongeveer een 1 cm ruimte zitten tussen je langste teen en het uiteinde van de schoen. Tijdens het rennen schuiven je voeten een beetje naar voren. Zonder ruimte kun je blauwe nagels of blaren krijgen. Als je maat 44 draagt in je normale schoenen, kan het zijn dat je bij je sportschoenen een halve maat groter nodig hebt, bijvoorbeeld 44,5 of 45.
- Niet te strak, niet te los: De schoen moet goed aansluiten rond de middenvoet (de wreef), zonder dat hij knelt. Je mag de zijkanten van je voet niet voelen “uitstulpen” over de zool. Te smalle schoenen veroorzaken drukplekken of tintelingen. Te brede schoenen geven geen steun en kunnen leiden tot zwikken. Sommige merken bieden schoenen aan in meerdere breedtematen, zoals “narrow”, “regular” of “wide”. Dit is vooral belangrijk bij linemen of spelers met bredere voeten.
- Hielsluiting is stevig zonder slippen: De hiel moet stevig in de schoen zitten, zonder op en neer te bewegen tijdens het lopen of sprinten. Een loszittende hiel vermindert stabiliteit en veroorzaakt blaren. Als test kan je de schoen aantrekken zonder strikken. Als je je hiel makkelijk omhoog kunt trekken, is de pasvorm niet goed.
- Buigpunt van de schoen = buigpunt van de voet: De schoen moet buigen waar jouw voet ook buigt, namelijk net achter de bal van je voet. Bij explosieve bewegingen zoals cuts, sprints of jump stops moet de schoen meebewegen met je voet. Schoenen met een verkeerd buigpunt zullen eerder kapot gaan op de rand van zool en opbouw ter hoogte van de bal van je voet.